De Vloer Opjes

Speler A, jij bent een 55-jarige varkensboer. Speler B, jij bent hun kind, zit op de agrarische school, en wilt later het familiebedrijf overnemen. Speler A, vandaag vertel je dat je je laat uitkopen door de overheid en op Bonaire gaat wonen.

Spelers A en B, jullie zijn een jong stel zonder kinderen. Jullie hebben besloten een huisdier te nemen, maar willen allebei een totaal ander dier. Jullie gaan in overleg en komen tot een compromis.

Speler A, jij hebt eindelijk de moed bijeengeraapt om je partner, Speler B, te vertellen dat je jullie relatie wilt beëindigen. Speler B, jij gaat Speler A ten huwelijk vragen.

Spelers A en B, jullie hebben besloten de voedselbankroof van de eeuw te plegen. Jullie hebben alleen nog een handlanger nodig met een rijbewijs; tijd om Speler C over te halen om mee te doen.

Speler A, jouw kleinkind heeft je tijdens een logeerpartij een geheim verteld. Vandaag ga je dat ter sprake brengen bij jouw kind, Speler B.

Speler A, jij bent de vertrouwenspersoon bij een grote spelletjesfabrikant. Speler B, jij werkt in de fabriek en komt een bijzondere melding maken.

Speler A, jij bent de grootouder van Speler B. Je bent een gedecoreerde verzetsheld. Op je sterfbed vertel je je kleinkind de waarheid over je oorlogsverleden.

Speler A, jij denkt dat je soms met je gedachten dingen kunt verplaatsen. Omdat je geen superkracht wilt hebben vraag je je huisarts om een medicijn. Speler B, jij bent de huisarts.

Spelers A en B, jullie kind woont sinds kort op zichzelf. Jullie hadden verwacht dat meer ruimte en tijd voor elkaar prettig zou zijn, maar dat is niet zo. Speler A, jij staat op het punt om voor de vijfde keer deze week te gaan vissen.

Speler A, jij bent God, en in menselijke gedaante werk je op de crisisdienst van de geestelijke gezondheidszorg. Speler B, jij bent zojuist opgenomen door de crisisdienst omdat je denkt dat je Jezus bent.

Spelers A en B, jullie gaan aan Speler C vragen of hun zin heeft in een trio. Speler C, jij denkt dat het over een muzikaal trio gaat.

Spelers A, B en C: jullie zijn collega’s en delen een kantoor. Het stinkt daar naar poep, en jullie proberen erachter te komen waarom.

Speler A, je komt onverwacht vroeg thuis van je werk en treft Speler B, je puberkind, daar betrapt aan terwijl jullie hond in een hoekje zit te janken.

Speler A, je bent dood en komt je melden aan de hemelpoort bij Petrus. Speler B, jij bent Petrus en eigenlijk is de hemel al overbevolkt.

Spelers A en B, jullie hebben zojuist het tv-programma Opsporing Verzocht gekeken. Er werden zeer onduidelijke beelden getoond van de dader van een roofoverval, maar jullie zijn er zeker van dat het jullie zoon was. Wat nu?

Speler A, jij wordt op straat aangesproken door Speler B, een voor jou totale onbekende. Speler B, jij vertelt aan Speler A dat je hun geheim kent.

Speler A, jij wordt wakker naast je partner, Speler B. Jullie zijn getrouwd en hebben twee kinderen. Speler B, dit zegt jou allemaal niks; voor jou is dit een totaal onbekende omgeving.

Speler A, jij bent de biologiedocent van Speler B. Speler B is voor het VWO gezakt op biologie en kan nu niet de gedroomde medicijnenstudie gaan volgen. Vandaag vertel jij aan Speler B dat je een fout hebt gemaakt in de correctie, maar dat je die niet wilt herstellen.

Speler A, jij bent er recent achter gekomen dat je vlak na je geboorte in het ziekenhuis per ongeluk bent verwisseld met een andere baby. Vandaag maak je voor het eerst kennis met Speler B: je biologische vader/moeder.

Speler A, jij brengt je auto voor onderhoud naar het garagebedrijf van Speler B, want er rammelt iets aan de achterkant. Terwijl je de kofferbak open doet zodat Speler B kan kijken, bedenk je je nét te laat dat de inhoud van de kofferbak geheim had moeten blijven…

Spelers A en B, jullie zijn partners van hetzelfde geslacht en hebben één kind: Speler C. Speler A, jij bent transseksueel en hebt besloten een geslachtsverandering te ondergaan. Vandaag gaan jullie aan Speler C vertellen dat hen binnenkort een vader en moeder krijgt.

Spelers A en B, jullie zijn kennissen van elkaar. Speler A, jij bent terminaal ziek en hebt Speler B je enige erfgenaam gemaakt. Het testament is getekend, en je gaat dat nu vertellen aan Speler B. Die mag daar voor je overlijden niks over vertellen aan je partner en kinderen.

Speler A, jij bent getrouwd en hebt twee kinderen. Speler B, jij bent de basisschoolleerkracht van één van Speler A’s kinderen. Jullie kennen elkaar van de 10-minutengesprekjes op school. Door een blinddatingsite zijn jullie aan elkaar gekoppeld en jullie hebben nu een blind date.

Speler A, jij bent het kind van Speler B, die dement is en op de gesloten afdeling van een verzorgingshuis woont. Wanneer je op bezoek komt zie je dat er vanillevla in het haar van Speler B zit. Je gaat verhaal halen bij Speler C, het afdelingshoofd.

Spelers A en B, jullie zijn broers/zussen. Jullie hebben al twintig jaar geen contact meer met jullie vader. Speler A, vandaag vertel jij aan Speler B dat je sinds vijf jaar geleden wél weer contact had, dat jullie vader is overleden en dat jij gisteren op zijn crematie aanwezig was.